Onze wijkmanager Leen vroeg mij laatst waarom ik mensen niet meer aanspreek op het niet opruimen van hondenpoep in onze wijk. Ach, dacht ik. Laat ik dat dan maar weer eens gaan doen. Wie weet, is iemand echt vergeten dat het de bedoeling is dat je dat doet.
Dus de volgende dag onderweg van werk naar huis zie ik voor mij op het fietspad een mevrouw. Een mevrouw die heel hard haar best doet vooral niet bij de fors uit de kluiten gewassen hond te horen waar zij de hondenriem van vastheeft.
Waarom wordt twee tellen later duidelijk. De hond is klaar met zijn grote boodschap doen en de mevrouw is niet van plan om zijn drollen op te ruimen, maar loopt met gezwinde pas stevig door, hoofd vooral niet de kant van de groenstrook waar een indrukwekkende hoop ligt te walmen.
Dus, als ik haar drie tellen later inhaal en ik zeker weet dat ze niet van plan is de hondenpoep op te ruimen zeg ik: “goh, mevrouw, volgens mij bent u iets vergeten ”
Haar antwoord: “nee hoor, dat ben ik niet vergeten. Dat denkt u wel, maar ik betaal al genoeg hondenbelasting voor haar daar (wijst naar de hond). Dat is echt niet goedkoop hoor. Dan mag de gemeente ook haar drollen opruimen. Ik heb er ook al boetes voor gekregen dus de gemeente verdient genoeg aan mijn hond, mogen ze ook iets terugdoen.”
Leen, dank voor het aansporen mensen weer eens aan te spreken. Ik heb er een mooi inkijkje in hoe sommige mensen denken over het takenpakket van de gemeente door gekregen. Maar ik weet niet of dat nu jouw bedoeling was.

We betalen toch ook ingezetenen belasting (of hoe dat ook mag heten) (gemeentebelasting)? Maar ik poep niet in het openbare groen.